Neuscorrectie:

Bij een enkelzijdige lip-kaak schisis kan het uitwendige en het inwendige deel van de neus scheefgegroeid zijn. Dat kan leiden tot passage en ademhalingsklachten. Bij een dubbelzijdige schisis is de neus vaak wat platter.

Een correctie van de neus, een zogenaamde rhinoplastiek kan nodig zijn om de doorgankelijkheid en de symmetrie te verbeteren. De plastisch chirurg en de KNO arts bespreken dit samen met u en uw kind. De plastisch chirurg corrigeert het uitwendige deel van de neus en de KNO arts het inwendige. Dit wordt meestal pas vanaf het 18e levensjaar gedaan, als de neus uitgegroeid is om niet de groei van neus en gezicht te beïnvloeden. Ook wordt gewacht tot de orthodontische en/of kaakbehandeling afgerond zijn. De 18 jarige, volwassen patient kan dan zelf beslissen of hij deze (deels) esthetische operatie wil ondergaan.

In een enkel geval wordt deze operatie al op jongere leeftijd gedaan.

Lipcorrectie:

Het is vooraf niet te voorspellen hoe een litteken zich ontwikkelt. Door verbeterde operatietechnieken gaan littekens van een lipspleet minder “krimpen” dan in het verleden. Toch kan dat nog wel gebeuren. Soms is een bovenlip erg dun of strakker dan de onderlip. Vanaf het 6e levensjaar houdt de plastisch chirurg de ontwikkeling van het litteken in de gaten op het schisisspreekuur. Als de bovenlip te strak, te dun of scheef is, kan de plastisch chirurg een operatie adviseren waarbij hij het oude litteken open maakt  en opnieuw hecht.